Level
Er zijn twee manieren om akkoorden te spelen. Alle vingerzettingen op deze pagina zijn bedoeld voor je linkerhand.
Bij de eerste manier gebruik je je pink, je middelvinger en je duim, dus 5 - 3 -1. Op deze manier blijft je hand binnen een groepje van 5 toetsen, en dat vinden veel kinderen heel prettig. Het nadeel van deze vingerzetting is dat je hand niet heel ontspannen voelt. Omdat je de onderste toets steeds met je (korte) pink moet spelen. Probeer ook bij deze vingerzetting toch met het topje van je pink te spelen, en niet met de zijkant.
Bij de tweede manier gebruik je je ringvinger, je wijsvinger en je duim, dus 4 - 2 - 1. Vaak is deze vingerzetting in het begin wat verwarrend. Het voordeel is dat je je hand makkelijker kunt ontspannen en altijd beter bij de toetsen kan. Kies de vingerzetting die jij het prettigst vindt. En als je na een tijdje toch de andere vingerzetting wilt gebruiken, is dat ook helemaal goed! Het is sowieso goed om beide manieren te kunnen gebruiken.